Column: sauna’s en diepvriezers

Van onze columniste Annelore Cleuren.

De adrenaline sloeg als dampen uit zijn poriën. Met een slag op het stuur en een kleine oerkreet was het tafereel compleet. De overwinning een dag eerder was mooi, maar quasi niet te vergelijken met wat hem zondag overkwam. Hij glimlachte breed, zich niets aantrekkend van de bruine smurrie op zijn voordien zo hagelwitte tandenrij. Deze vorm van zichzelf is het uithangbord van zijn carrière.

NysKoksijde2015BELGAEen carrière met een cirkel die nu definitief rond is. Zonder gebreken, alles bereikt. Dat was voor dit weekend ook al het geval, maar in zijn persoonlijke puzzel ontbrak nog één stukje. Hij maakte zichzelf niet ten schande bij die (weeral) nieuwe generatie, maar koning zijn van het jeugdigere volk was hem nog niet gelukt. Hij keek toe hoe een jonge welp vrij om hem heen stoeide, zoals hij zelf ooit was geweest.

Nu vloeit veel voort uit ervaring. En uit zelfkennis. Daar waar de wijsheid spreekwoordelijk begint. In de wetenschap dat sauna’s zijn tegenpolen zijn. En diepvriezers zijn habitat. Omdat niets meer moet, kan het hoofd hem rustig houden. Terwijl zijn hart onophoudelijk op hol slaat. Bij de gedachte dat zijn moment zal komen. En dat het pas over & out is als zelfs smurrie en koude in hem geen glimp van zijn glorierijke zelf doen herleven. Het scenario waarvoor hij blijkbaar nog steeds niet oud genoeg is.

Het publiek joelt van blijdschap. Zoals ze dat bij geen van zijn voorgangers ooit deed. Zijn status is groots en waarschijnlijk ook eeuwig. In een kleine sport. Die nooit te groot mag worden, want dan verliest ze haar charme. En haar troef. De op één na grootste. De troef die helemaal bovenaan staat, is hij. En hij alleen. Daar is ook de niet-fan nu van overtuigd. Of toch bijna elke niet-fan. Degene die niet wil toegeven aan de klasse die de koning van het veld uitstraalt, toont de basis van een sportcompetitie volledig te negeren. De discipline, de overgave en de wilskracht. Drie elementen waar Koning Winter, a.k.a. Sven Nys, nu al dik 15 jaar (en langer) mee tovert.

Het is geen kwestie meer van niet kunnen. Het is een kwestie van niet willen. Hij gaf ons te veel topprestaties om respect te negeren.

20151011-IMG_8487-2De nieuwe generatie heeft hij nu ook onder de duim gehouden. In een zandbak die crossgeschiedenis ademt. In een strijd tussen jong en oud. Die hard en op de limiet was. Maar die hij naar zijn hand zette. Koel. Met een manoeuvre dat het killerinstinct in zijn bloed deed koken. Op het podium geflankeerd door twee jonge wolven. Die met ontzag opkijken naar de koning van het rijk. Zich afvragend of ze de fakkel die hij zal doorgeven zullen kunnen dragen. In hun woorden weerklinkt ultiem respect. Voor de man die hen volledig kapot gereden heeft.

Nys herondekt zichzelf. Van der Poel draagt een ontembare goesting binnenin. Van Aert houdt stand in een rijk dat misschien ooit het zijne wordt. Maar weet zelf ook dat zijn voorganger onuitwisbare sporen zal nalaten. Geen sauna’s meer voor Sven. Alleen nog diepvriezers. Daar waar de beste vorm van Sven Nys onwaarschijnlijk goed is.

Een nieuw weekend. Een waarin Nys gewoon met plezier kan fietsen. De Balenaar heeft vorige week het laatste puzzelstukje bewezen.

Q.E.D. Quod erat demonstrandum. Punt.

 

Fotomateriaal: Belga en Davy De Blieck.

Mario De Clercq over Kevin Pauwels, Klaas Vantornout en zijn 8 andere crosspoulains

Zijn eigen actieve carrière is ver verleden tijd, zeker nu Mario De Clercq als ploegleider aan de slag is bij Sunweb – Napoleon Games (vanaf 1 januari 2016 volgt Marlux Sunweb op!). Hij bevindt zich in de geschikte positie om de huidige status van Kevin Pauwels, Klaas Vantornout en co door te lichten. 

 

KevinPauwelsMario De Clercq over Kevin Pauwels (°1984 – Kalmthout, Bel)

“We zijn tevreden met wat we dit seizoen al gezien hebben van Kevin, want hij is zelfs nog een tikje beter dan vorig seizoen. Alleen zitten we met het fenomeen Wout Van Aert, die heel veel wint. Niemand had verwacht dat het zo snel zou gaan met de nieuwe generatie, en in het bijzonder met Van Aert. Voor een winnaar als Kevin is dat niet leuk, maar als je geklopt wordt op je waarde,  mag je niet ontgoocheld zijn. De klassementen zijn voorbij, alleen in de Bpost Bank Trofee staat Kevin tweede. Hij moet proberen toppen in de rest van het seizoen, en hopen dat de concurrentie dan al een beetje over zijn top heen is. In de kampioenschappen – eerst het BK en dan het WK – kan hij zijn seizoen zeker nog kleur geven. Samen met Van Aert – die op het BK een thuiswedstrijd rijdt, en Nys behoort hij tot de topfavorieten om in Lille te winnen. Daarna zien we wel verder.”

 

KlaasVantornoutMario De Clercq over Klaas Vantornout (°1982 – Torhout, Bel)

“Het is een enorm moeilijk seizoen voor Klaas, dat moet ik niet vertellen. Niemand had verwacht dat hij met die kampioenstrui (Klaas won in januari het BK in Erpe-Mere, red) zo slecht voor de dag zou komen. De omstandigheden had niemand vooraf kunnen inschatten. Hij had nochtans een goede zomer, maar vanaf dag 1 in Las Vegas loopt het al mank. Die valpartij in Zonhoven, met een scheurtje in zijn schouder tot gevolg, deed er geen goed aan. Klaas is op zoek naar zijn goede conditie en gaat daarom nog eens extra in Calpe (populair Spaans trainingsoord bij wielrenners, red) gaan trainen. Zijn seizoen kan hij nog wel redden, maar dan zal hij beter voor de dag moeten komen dan tot nu toe het geval is geweest. Winnen wordt dit seizoen sowieso een moeilijke zaak voor Klaas, zeker als je weet dat Van der Poel terugkeert uit blessure, dat Van Aert top is, dat Nys beter is dan vorig seizoen, dat Pauwels een serieus hoog niveau haalt en dat Van der Haar ook aan het groeien is. Maar mits nog een paar duurtrainingen kan hij zijn basis wel verstevigen. In ieder geval wordt het niet evident.”

 

MichaelVanthourenhoutMario De Clercq over Michael Vanthourenhout (°1993 – Wingene, Bel)

“Michael is zijn seizoen sterk gestart, vind ik. Hij is pas 21, dus die terugval is niet onlogisch. Je kan wel zeggen dat Van Aert en Van der Poel even oud zijn, maar qua lichaamsbouw is Michael geheel anders. Hij is frêle en moet het van zijn techniek hebben. Ik wil hem nog zeker twee jaar laten groeien in het vagevuur van Pauwels en Vantornout, zodat hij zichzelf zeker niet opbrandt. Het maakt voor ons team niet zo veel uit of Michael nu goed of heel goed rijdt. Pas binnen twee jaar moet hij de fakkel als kopman overnemen.”

 

BELGIUM / BELGIE / LA ROCHE / SUNWEB - NAPOLEON GAMES CYCLOCROSS TEAM / SEASON 2015-2016 / CYCLING / VELDRIJDEN / CYCLOCROSS / VANTHOURENHOUT DIETER (SUNWEB - NAPOLEON GAMES CYCLING TEAM)Mario De Clercq over Dieter Vanthourenhout (°1985 – Ruiselede, Bel)

“De top 50 van de UCI-ranking, daar strijdt Dieter nu voor. Dan mag hij deelnemen aan de wereldbeker. Door een knieoperatie vorige winter heeft hij veel wedstrijden gemist en dat laat zich gevoelen. Hij staat nu 57e, maar ik verwacht dat hij snel wat zal stijgen. Het is voor hem een motivatie om het seizoen in de top 50 af te sluiten, zodat hij komend seizoen samen met zijn broer Michael naar de wereldbekers kan afzakken. Voor Michael is Dieter een grote steun inzake motivatie en parcoursverkenning. Dieter is daarnaast mijn verlengstuk in het veld, de ploegkapitein die met alle renners goed overweg kan en de orders verder delegeert. Hij is dus zeker meer dan alleen de broer van. Hij moet alleen nog wat meer haar op zijn tanden krijgen.”

 


GianniVermeersch2Mario De Clercq over Gianni Vermeersch (°1992 – Klerken, Bel)

“Van Gianni hadden we veel meer verwacht. Met zijn prestaties deze zomer hadden we gedacht dat hij veel progressie zou boeken in het veld, maar hij stagneert. De resultaten blijven uit, waardoor hij nog serieus zal moeten groeien om hetzelfde niveau van vorig jaar te halen. In plaats van te focussen op zijn eigen resultaten moet hij nu in dienst rijden van het team tot wanneer zijn eigen conditie weer op peil is. Als hij doet wat moet, zal hij er wel komen, maar voorlopig blijft hij onder de verwachtingen.”

 

 

BELGIUM / BELGIE / LA ROCHE / SUNWEB - NAPOLEON GAMES CYCLOCROSS TEAM / SEASON 2015-2016 / CYCLING / VELDRIJDEN / CYCLOCROSS / VAN TICHELT YORBEN (SUNWEB - NAPOLEON GAMES CYCLING TEAM)

Mario De Clercq over belofte Yorben Van Tichelt (°1994 – Oostmalle, Bel)

“Yorben heeft heel veel wedstrijden gewonnen bij de nieuwelingen en de juniores, vooral op talent en techniek. Sinds zijn overstap naar de  beloften voelen we dat zijn lichaam nog niet klaar is om diezelfde prestaties te evenaren op een hoger niveau. Hij heeft dit seizoen nog niet te veel laten zien, maar dat komt ook omdat hij zichzelf te veel druk oplegt. Yorben heeft nochtans het talent om de hele winter door in elke wedstrijd mee te strijden voor de overwinning. Druk kan duidelijk een grote impact hebben op een atleet. Hoe we zijn toekomst inschatten? Moeilijk te zeggen. Vraag dat nog eens op het einde van het seizoen. Yorben moet in principe volgend seizoen de stap zetten naar de elite met contract, maar om dat te realiseren moet hij in januari en februari toch met wat zeges naar huis komen. Lukt dat niet, dan heeft hij een groot probleem. De tijdsverschillen tussen elite en beloften zijn enorm groot. Om gene mal figuur te slaan bij de elite, moet je toch top zijn bij de beloften.”

 

BELGIUM / BELGIE / LA ROCHE / SUNWEB - NAPOLEON GAMES CYCLOCROSS TEAM / SEASON 2015-2016 / CYCLING / VELDRIJDEN / CYCLOCROSS / JACOBS JOHAN (SUNWEB - NAPOLEON GAMES) /

Mario De Clercq over belofte Johan Jacobs (°1997 – Berg am Irchel, Zwi)

“Johan is een Zwitser – zijn vader heeft Belgische origine – die elk weekend naar België komt om te crossen. Samen met Eli Iserbyt heeft hij het meeste talent van alle beloften. Het grote verschil is dat Iserbyt hier in België leeft, terwijl Johan in Zürich zijn studies en stages combineert met het crossen. Dat weegt natuurlijk door bij iemand van 18 jaar, waardoor zijn prestaties momenteel wat tegenvallen. Maar ik maak me geen zorgen, want binnen twee jaar zal hij er wel staan.  De tijdelijke oplossing is dat we hem enkel voor de wereldbekers naar België zullen laten komen en dat hij de andere crossen in Zwitserland bij de profs zal rijden. Na zijn studies, die ik belangrijker vind dat zijn crosscarrière, kan hij dan in België alle grote wedstrijden komen rijden.”

 

BELGIUM / BELGIE / LA ROCHE / SUNWEB - NAPOLEON GAMES CYCLOCROSS TEAM / SEASON 2015-2016 / CYCLING / VELDRIJDEN / CYCLOCROSS / JOSEPH THOMAS (SUNWEB - NAPOLEON GAMES CYCLING TEAM)

Mario De Clercq over belofte Thomas Joseph (°1996 – Kemmel, Bel)

“Een bacterie op de longen heeft Thomas veel parten gespeeld, waardoor hij nog een tijdje in revalidatie is. Het zal nog een maand duren eer hij volledig hersteld is. Dat vreet natuurlijk aan zijn evolutie. Het is zijn tweede jaar bij de beloften en zijn doel was om geregeld top 5 te rijden in de grote wedstrijden. Het is vooral voor hemzelf vervelend dat hij dat niet kan waarmaken. Zijn toekomst is moeilijk te voorspellen. Thomas heeft wel een goeie mentaliteit, maar de vraag is of hij de juiste lichaamsbouw heeft om te crossen. De meeste crossers zitten onder de 72 kilo, anders wordt het al moeilijk. Tenzij je Van Aert heet, natuurlijk. Door een laag gewicht kunnen crossers snel bergop en zakken ze niet weg in de modder. Het kan best dat Thomas in de toekomst beter op de weg tot zijn recht zal komen.”

 

BELGIUM / BELGIE / LA ROCHE / SUNWEB - NAPOLEON GAMES CYCLOCROSS TEAM / SEASON 2015-2016 / CYCLING / VELDRIJDEN / CYCLOCROSS / VAN HECKE ELIAS (SUNWEB - NAPOLEON GAMES CYCLING TEAM)

Mario De Clercq over belofte Elias Van Hecke (°1996 – Hamme, Bel)

“Net als Johan Jacobs studeert Elias nog, en die studies gaan voor op het crossen. Dat vind ik een goede attitude. Hij heeft toch al goed gepresteerd de voorbije maand. Technisch een kanjer, met uitstekende performances op de lichtere parcours. Binnen een jaar of twee zal hij wel goed zijn voor een drietal zeges per seizoen in de beloftencategorie. Net als alle andere jongeren die studeren, gun ik hem voldoende tijd om zich te ontplooien. Als je pas om zes uur ’s avonds thuis komt van school, kan je training nooit optimaal zijn.”

 

BELGIUM / BELGIE / LA ROCHE / SUNWEB - NAPOLEON GAMES CYCLOCROSS TEAM / SEASON 2015-2016 / CYCLING / VELDRIJDEN / CYCLOCROSS /

Mario De Clercq over elite z/c Angelo De Clercq (°1991 – Oudenaarde, Bel)

“Angelo (de zoon van Mario, red) heeft het drie jaar op de weg geprobeerd, maar wil nu terug crossen. Hij is in de zomer een beetje de wegkapitein om alles in goede banen te leiden en in de winter geeft hij crosstraining aan de jeugd bij Sunweb – Napoleon Games. Zo heeft hij een ‘job’ bij de ploeg en kan hij als elite zonder contract toch nog zijn hobby uitoefenen. Af en toe rijdt hij eens een A-cross mee. Zolang manager Jürgen Mettepenningen tevreden is over zijn activiteiten bij de ploeg, kan hij hier nog een jaar of twee blijven indien hij zelf ook gelukkig is. Voor de rest kan ik moeilijk oordelen over mijn eigen zoon. Ik ben tevreden dat hij deze kans krijgt; het is nu aan hem om het waar te maken.”

 

Fotomateriaal: Davy De Blieck

 

Tom Boonen kiest zijn drie topmomenten uit een imposante carrière

Naamloos
Tom Boonen is zonder twijfel een van de meest legendarische renners die België rijk is. Een overzicht van die meer dan goed gevulde prijzenkast zou ons zelfs bij WielerVerhaal te ver brengen – we houden het bij dit kadertje van Wikipedia. Maar graag laten we Tornado Tom zelf zijn drie favoriete momenten kiezen.

 

1. Wereldkampioenschap 2005 in Madrid

25 september 2005 gaat de geschiedenisboeken in als de dag waarop Tom Boonen, toen nog een jonge snaak, het WK in Madrid wint. In een massasprint klopt hij het ganse pak. Boonen: “Ik was pas 24 en had voor het eerst de Ronde van Vlaanderen  gewonnen. Maar ik wist: die kans krijg ik nog wel een keer of 10 in mijn carrière. Het WK is altijd iets speciaals, want je krijgt elk jaar te maken met andere parcours, andere tegenstanders, andere omstandigheden. Je moet dus al wat geluk hebben om in gans je loopbaan 1 of 2 keer écht de kans te krijgen om wereldkampioen te worden. Dat dat dan al lukte op 24, in het begin van mijn carrière, is onwaarschijnlijk. Daartoe had ik mezelf nooit in staat geacht. Ik ben zelfs nooit beginnen koersen met de idee om ooit eens wereldkampioen te worden. Het moment dat ik in Madrid over de meet reed, dacht ik dat ik de top bereikt had en nooit meer beter kon doen. (lacht) Het mooiste was dat mijn volledige familie in Madrid was, een dag om in te kaderen.”

 

2. Ronde van Vlaanderen 2005

Op Koppenberg en Taaienberg domineert het trio Peter Van Petegem, Tom Boonen en Andreas Klier. Hoewel enkele vroegere vluchters worden ingehaald, komt er geen afscheiding. Op weg naar de Valkenberg demarreert Erik Zabel met Roberto Petito in zijn wiel. Op de Valkenberg volgen Klier, Van Petegem en Boonen. Zij halen Alessandro Ballan in, de Italiaan die eerder achter de vluchters was aangegaan. Op de Muur van Geraardsbergen tracht Van Petegem tevergeefs weg te springen. Op de Bosberg volgt er een reeks van demarrages van Klier, Boonen en Petito, maar niemand rukt zich los. Op 9 kilometer van de aankomst probeert Van Petegem het nog eens, maar Boonen laat niet begaan. Uiteindelijk plaatst de Balenaar een laatste en goede demarrage en wint met 35 seconden op Klier, die te laat reageert. Boonen: “Die eerste Ronde van Vlaanderen betekent voor mij de grote doorbraak. Ik had het jaar voordien al de E3 Prijs Harelbeke, de Scheldeprijs en Gent-Wevelgem gewonnen, waardoor de druk in 2005 toch weer wat was toegenomen. Ik had wel getoond mijn mannetje te kunnen staan, maar moest nu minstens kunnen bevestigen en door de Ronde te winnen zorgde ik natuurlijk weer voor een stap voorwaarts. Achteraf gezien was ik op het juiste moment op de juiste plaats. Johan (Museeuw, red) was net gestopt en ik zat bij een ploeg die in mij geloofde. Dat ik dan mijn eerste Ronde als kopman kon winnen, zette de poort open naar een grote carrière.”

 

3. Parijs-Roubaix 2012

Kilometers voor de piste in Roubaix zegeviert Tom Boonen zijn vierde overwinning in Parijs-Roubaix. Hij heeft er dan al dik 50 kilometer solo opzitten. Een duizelingwekkende prestatie die Boonen zelf nog steeds de grootste krachtsexplosie in zijn hele carrière noemt. Boonen: “Klopt, absoluut mijn strafste sportieve prestatie ooit. Op een bepaald moment zat ik samen met Niki (Terpstra, red), Pozzato en Ballan voorop. We reden in een dorpje waar het lichtjes omhoog ging. De samenwerking vlotte niet goed, maar dan keek ik achter me en zag ik dat we een klein gaatje hadden. Ik draaide de gas open en riep Niki om mee te gaan, en zo waren we plots met z’n tweeën weg. Ik zag ons al samen tot op de piste in Roubaix rijden, maar op een kasseistrook reed ik Niki eraf zonder dat ik het wist. Ik zag pas dat ik alleen weg was toen de kasseistrook ten einde was. Ik had zo’n goeie dag en had geen zin om te wachten. Ik zei foert en reed alleen door. Op kasseien heb ik toch altijd goed mijn plan kunnen trekken, dus dat was geen probleem. Het draaide goed uit.” (lacht)

 

Deze nieuwe gezichten bij Team Giant-Alpecin moet u straks beslist kennen

Wat ooit begon als het bescheiden Batavus-Bankgiroloterij-Big Star, is de afgelopen 17 jaar uitgegroeid tot een Duitse wielerformatie met massa’s talent in haar rangen. Omdat ook zij niet kunnen wachten tot het nieuwe wielerseizoen straks begint, stellen we de nieuwelingen van Giant-Alpecin kort aan u voor.

 

MaxWalscheidMax Walscheid (Duitsland, 22 jaar)

Greipel, Kittel, Degenkolb. Nu het met de populariteit van de wielersport in Duitsland opnieuw de goede kant uitgaat, zijn het vooral sprinters die met de aandacht én de bloemen gaan lopen. Het vernoemde drietal krijgt vanaf 1 januari concurrentie van Max Walscheid uit Neuwied, bij Koblenz. Na een succesvolle stageperiode bij Giant-Alpecin in het najaar van 2015 wordt Walscheid vanaf 1 januari 2016 prof.

In de nationale kampioenstrui sprint Walscheid in het voorjaar van 2015 naar een zege in het criterium van Steinfurt en etappewinst in de sterk bezette Ronde van Berlijn. De Nederlandse snelle man Steven Lammertink, die intussen voor LottoNL-Jumbo tekende, snoept hem de eindzege met 5 seconden af. Als stagiair brengt de zomer vooral kleinere elitewedstrijden. Toegegeven, Walscheid doet het verre van slecht. Hij eindigt bijvoorbeeld mooi 13e in de Brussels Cycling Classic, waar hij een voorbeeld kan nemen aan de branie van leeftijdsgenoot en sprintwinnaar Dylan Groenewegen.

In Walscheid ziet de ploegleiding van Giant-Alpecin een man voor het klassieke werk, met een te duchten eindsprint. Zijn eigen snelheid aanscherpen en tegelijk uitgroeien tot een schakel in de sprinttrein van Degenkolb, dat zijn de consignes. Of hij de leemte die Kittel nalaat, zal kunnen invullen, zien we de komende twee jaar.

 

Sindre Skjøstad LunkeSindre Skjøstad Lunke (Noorwegen, 22 jaar)

Hoe gevarieerd en uitdagend het seizoen voor de U23 ook mag zijn, de Ronde van de Toekomst blijft jaar na jaar dé wedstrijd waar beloften zich in de kijker rijden. Een felbevochten mini Ronde van Frankrijk. De erelijst vertoont opvallend veel namen van jongens die later potten breken bij de profs. Ook de 22-jarige Noor Sindre Skjøstad Lunke gebruikt de Ronde van de Toekomst als springplank. In 2014 grijpt hij al net naast de top tien. In de zomer van 2015 rijdt hij in het zware slotluik drie keer netjes de top tien binnen, goed voor een 7e plaats overall.

Skjøstad Lunke boekt in 2015 geen enkele zege, maar snelt wel met de besten mee wanneer het steil bergop gaat. Onder meer in de Giro Ciclistico delle Valle d’Aosta Mont Blanc, waar hij finaal een 8e plaats verovert. Hij geeft er wel enkele minuten toe op een ongenaakbaar toptrio: Simone Petilli (trekt naar Lampre-Merida), Laurens De Plus (geboekt door Etixx-Quick-Step) en Robert Power (vanaf 2016 aan de slag voor Orica-GreenEdge). Volgens de Nederlandse Giant-Alpecin-coach Marc Reef is het in eerste instantie die klimkunde die de ploeg met Skjøstad Lunke wil uitspelen. “Qua fysieke en mentale kracht is hij sterk genoeg om goed te presteren in lastige klimwedstrijden. Hij lijkt ons in het hooggebergte dan ook een ideale toeverlaat voor klassementsrenners zoals Warren Barguil en Tom Dumoulin.”

De ambities van Skjøstad Lunke zelf ogen op papier alvast identiek aan die van zovele andere jonge profs. Ervaring opdoen, stappen zetten op de ladder, zwakke punten wegwerken,…. Met een betere tijdrit kan Skjøstad Lunke met zekerheid uitgroeien tot een aardig ronderenner. Aan hem om die eerste prognose scherper te stellen. Hij tekende bij Giant-Alpecin tot eind 2017.

 

Laurens ten DamLaurens ten Dam (Nederland, 35 jaar)

Een ervaren wegkapitein, zo iemand kan elke wielerploeg vol jonge schelmen steeds gebruiken. Toch is de keuze van Laurens ten Dam voor Giant-Alpecin naar eigen zeggen niet ingeblazen door een naderend pensioen. Wel door de nood aan een nieuwe uitdaging en een andere aanloop naar de Grote Rondes toe.

Het wielerverhaal van Ten Dam kent verschillende hoofdstukken. Ten Dam is de Cobra Killer, de man die de uitgespuwde ‘Cobra’ Riccardo Ricco in een Touretappe in 2008 gaat terughalen. Hij is ook de pechvogel van ettelijke zware valpartijen en verwondingen. Lid van het populaire duo ‘Bau’ en ‘Lau’. 8e in de Vuelta van 2012, 9e in de Tour van 2014. In de Tour van 2015 komt hij in de 3e etappe ten val in een massale valpartij, waarbij zijn schouder uit de kom gaat. Met een ontwrichte schouder zet Ten Dam zijn lijdensweg voort tot in Parijs. In de Pyrenneeën duikt hij nog even in de top 30 van de rituitslagen op, maar in de Alpen is elk beetje fut verdwenen. Een 92e plaats in het eindklassement is zijn deel.

Bij Giant-Alpecin hopen ze het komende seizoen op enkele laatste uitschieters van Ten Dam. Toch zal hij eerder de rol van schaduwkopman spelen, in steun van Barguil en Dumoulin. Zo geeft Rudi Kemna, ploegleider van Giant-Alpecin, alvast mee: “We kennen zijn klasse en verwachten hem in onze plannen in de bergen. Naast zijn fysieke mogelijkheden zullen we ook gebruik maken van zijn tactisch inzicht.”

 

Sam OomenSam Oomen (Nederland, 20 jaar)

Grof wild. Goudhaantje. Het voorbije seizoen werd door tal van profploegen flink gehengeld naar de diensten van de Nederlandse belofte Sam Oomen. Dat mag geenszins verbazen. Wie erin slaagt om in één seizoen zowel een klimtijdrit in de Tour des Pays de Savoie te winnen als Parijs-Tours voor beloften, heeft wel degelijk de kwaliteiten om het te maken op het hoogste niveau. En ook daar te scoren in het rondewerk.

Oomen heeft een guitig kopje, is student Psychologie aan de Tilburg University en reed de voorbije jaren voor het opleidingsteam van Rabobank. Door zijn klimmersbenen en behoorlijke tijdrit wordt hij al eens vergeleken met de 4 jaar oudere Wilco Kelderman. dat andere Nederlandse rondetalent. Zelf droomt Oomen tijdens een onbewaakt moment van een mooi klassement in de Ronde van Frankrijk. Zijn eindzege in de Rhône-Alpes Isère Tour en 4e plaats in de Ronde van de Toekomst zijn alvast belangrijke ijkpunten.

Als belofte treedt hij in 2015 twee keer aan bij de profs, in de Noorse Tour des Fjords en de Franse Tour de l’Ain. Vooral in het Juragebergte maakt hij indruk, met twee noteringen in de top 10 en een 8e plaats in de einduitslag. Onder generatiegenoten moet hij er enkel het Franse toptalent Nans Peters voor zich dulden. Oomen tekende een profcontract bij Giant-Alpecin tot eind 2018.

 

Søren Kragh Andersen cykelrytter Team Trefor Blue WaterSøren Kragh Andersen (Denemarken, 21 jaar)

Na 5 dagen kronkelen langs fjorden en koelblauwe meren is het de Oostenrijkse krachtpatser Marco Haller van Katusha die op het hoogste schavotje staat van de Tour des Fjords. De Grote Prijs van de Verwondering gaat echter naar het Noorse publiek, dat zich vergaapt aan de strapatsen van een 20-jarig rastalent uit Denemarken. Strapats 1: In de eerste etappe eindigt Søren Kragh Andersen knap 6e in een massasprint, die Alexander Kristoff wint. Strapats 2: In de vierde etappe springt Kragh Andersen weg uit een elitegroepje en legt Amets Txurruka en ploegmaat Michael Olsson erop in de sprint. Strapats 3: De leiderstrui raakt hij kwijt aan Haller, maar die tweede plaats heeft Kragh Andersen wel mooi te pakken. Na afloop hangen de eerste scouts aan de lijn.

In het kleine rondewerk, tot bij de profs toe, staat er in 2015 geen maat op Kragh Andersen. Het jongere broertje van Asbjørn breekt in zijn derde jaar voor het Deense Team Trefor volledig door. Een kleine bloemlezing: 7e in een sprintetappe van de Settimana Coppi e Bartali, bij de grote jongens; een rit en de eindzege in de ZLM-Roompot Toer voor beloften; de Noorse GP van Hadeland; de proloog en een sprintetappe in de Ronde van de Toekomst, waar hij erin slaagt om alleskunner Matthieu van der Poel af te houden.

Bij Giant-Alpecin hebben ze hun analyse klaar. Sterk in nat en koud weer, een uitstekende sprinter of loods, krachtig tegen de klok. Søren Kragh Andersen tekende een profcontract tot eind 2017.

 

Een bijdrage van Fran Herpelinck.

Daarom is het publiek zo gek op de Keizer van ’t Kuipke

Iljooo! Iljooo! Na zijn zesde eindzege in de Zesdaagse van Gent maakten de supporters luidkeels duidelijk dat Iljo Keisse zonder pardon de Keizer van ’t Kuipke blijft. Maar waarom is het publiek zo gek op hem?

 

Cycling: Team Etixx - Quick-Step 2015Zijn roots

In Gent ziet hij voor het eerst het levenslicht en krijgt hij de metier van pistier onder de knie. Ja, Iljo Keisse is een rasechte Gentenaar. En lokale sterren scoren altijd goed bij de gratie van het publiek. Meer nog: de 32-jarige pistier is stilaan uitgegroeid tot een cultfiguur in het Gentse Kuipke. Een zesdaagse zonder Keisse is een zesdaagse zonder magie. Vooral de manier waarop hij de velodroom kan laten daveren op zijn grondvesten is het perfecte bewijs van zijn onstuitbare populariteit. Bovendien verloochent Keisse zijn roots niet. Hij is een trotse Gentenaar, net zoals de vele Gentse supporters trots zijn op hun stadsgenoot.

Cycling/Track : 75th 6 Days of Gent 2015 / Arrival/ KEISSE Iljo (BEL) Celebration Joie Vreugde/ 6 Daagse Gent / 6 Jours de Gand / Six Zes Piste Kuipke /(c)Tim De WaeleZijn ingesteldheid

Nie neute, nie pleuje. Niet klagen, niet plooien. Kan een credo beter passen bij de ingesteldheid van Keisse? De Etixx-Quicksteprenner staat voor de koers in zijn puurste vorm: hard stoempen op de pedalen, door de pijngrens heen. Keisse is een strijder op de fiets, iemand die zich nooit gewonnen geeft. Die vechtersmentaliteit doet vele wielerharten sneller slaan. Ook naast de fiets laat Keisse het kopje niet hangen. Nochtans heeft hij het de afgelopen jaren al zwaar te verduren gekregen. In 2008 komt hij na een positieve dopingplas op de slotdag van de Zesdaagse van Gent in het oog van een dopingstorm terecht. Enkele dagen na zijn vrijspraak pleegt goede vriend Dimitri De Fauw zelfmoord. Nadien verliest hij ook nog boezemvriend Wouter Weylandt na een fatale crash in de Ronde van Italië. Stuk voor stuk zware mokerslagen, maar pleuje doet Keisse niet.

Zijn koersstijl

Keizerlijk is de présence waarmee Iljo Keisse over het hout vliegt. Met veel allure lijkt hij te allen tijde de wedstrijd onder controle te hebben. En zoveel heerschap kweekt sympathie. Daarnaast kan hij als geen ander ’t Kuipke in vuur en vlam zetten met zijn attractieve manier van koersen. Eén aanval volstaat meestal om uit het niets de decibelmeter met een ruk de hoogte in te jagen. Zo ook zondag wanneer hij tot drie keer toe een doublette (twee rondes nemen in één inspanning) volbrengt en de supporters Keisses naam luidop scanderen.

Cycling/Track : 75th 6 Days of Gent 2015 / Podium/ MORKOV Michael (DEN)/ KEISSE Iljo (BEL) Celebration Joie Vreugde/ 6 Daagse Gent / 6 Jours de Gand / Six Zes Piste Kuipke /(c)Tim De WaeleZijn jump

Zoals huidig wereldkampioen wielrennen Peter Sagan bekend staat om zijn wheelies, is het handelsmerk van Iljo Keisse zijn spectaculaire jump. Aan topsnelheid trekt de Gentse pistier dan op pure adrenaline zijn voorwiel een tiental centimeter de lucht in. Een teken van suprematie. Spektakel op twee wielen. Ook tijdens de allerlaatste puntenkoers van de afgelopen Zesdaagse van Gent verwent Keisse zijn thuispubliek met het acrobatisch hoogstandje na zijn beslissende aanval die hem uiteindelijk de eindzege oplevert.

Zijn palmares

Natuurlijk zou Keisse geen Keizer van ’t Kuipke genoemd worden zonder zijn vele triomfen op de Gentse wielerpiste. Zondagavond veroverde hij al zijn zesde eindzege. Daarmee blijft hij weliswaar nog een eindje verwijderd van de elf overwinningen van zesdaagsekoning Patrick Sercu. Niettemin is Keisse met zijn 25 zesdaagse-overwinningen veruit de meest succesvolle pistier in het huidige peloton. Je zou voor minder luidkeels zijn naam scanderen en hem op een staande ovatie trakteren.

 

Een bijdrage van Jeffrey Fierens. Fotomateriaal: Team Etixx – Quick-Step 2015 / (c)Tim De Waele

De XII werken van grootmeester Sven Nys

1 januari 2016 lijkt nog ver weg, maar we zijn er dan ook graag vroeg bij, zeker na een succesvol weekend waarin Sven Nys twee keer heeft gezegevierd. 1 januari 2016, dat is de dag van de Grote Prijs Sven Nys op Balenberg, in zijn thuishaven in Balen. Daar kan hij straks een 13e keer de winst binnenhalen. Lees hier de XII werken van grootmeester Sven Nys.

Editie 1 (2000) = zege 1 

Een zwaar maar fraai parcours, veel volk, een saaie koers en Sven Nys als winnaar. Ziedaar de snelle samenvatting van de eerste Grote Prijs Sven Nys op de Balenberg. “Ik kon het mij niet permitteren om op reserve te rijden. Mijn supporters verdienden een cadeau voor alles wat ze voor mij doen”, aldus Nys achteraf. Dat cadeau bestaat uit een demonstratie die na het startschot begint en pas op de finishlijn eindigt. Het meesterschap en het gemak waarmee Nys naar zijn 17e zege van het seizoen rijdt en loopt, doet herinneren aan de nummertjes die Roland Liboton vroeger in zijn nieuwjaarscross op de Tienbunder in Rillaar opvoerde.

GPnys3Editie 2 (2001) = zege 2

Dooi en regen hebben de tweede Grote Prijs Sven Nys opgezadeld met een parcours voor sterke beren. Het technisch meesterschap van de gastheer spreekt daardoor minder duidelijk dan hij zich in de oudejaarsnacht heeft gedroomd. De wedstrijd is al halfweg wanneer Sven Vanthourenhout uit de spits kan worden weggeslagen. Nys, De Clercq en Van Santvliet zullen van dan af onder hun drieën uitmaken wie de bloemen mee naar huis krijgt. De zoveelste prik van Nys is er te veel aan. In de voorlaatste ronde gaat hij hard door en bergen zijn achtervolgers hun jojo op. De Clercq wrikt zich van Van Santvliet los en wordt tweede.

Editie 4 (2003) = zege 3

Sven Nys heeft op sportief gebied één grote wens voor het nieuwe jaar: zoals Mario De Clercq steeds weer zijn grenzen kunnen verleggen, door de muur gaan, nog versnellen als hij al hartstikke kapot zit. Het wordt een memorabele editie, want de onophoudelijke regenval heeft Balenberg herschapen in een quasi onberijdbare modderpoel. Toch krijgt de thuisrijder het in een verzwolgen Baal niet op een dienblad. In een boeiende cross geeft vooral krachtpatser Groenendaal lange tijd de indruk het vlotst door de blubber te ploegen. Tot twee keer toe rijdt de Nederlander weg van Nys, De Clercq, Berden en Vanthourenhout. Nys kan telkens counteren en neemt in de tweede koershelft de touwtjes zelf in handen. Hij wint zo voor de 3e keer in 4 jaar zijn eigen Grote Prijs.

GPnys2Editie 5 (2004) = zege 4

Sven Nys belooft na Loenhout dat hij in zijn eigen Baal zal terugslaan, want in de decembermaand is Bart Wellens zo goed als overal te sterk. De Belgische kampioen houdt woord. Eigen volk eerst, moet hij gedacht hebben. Maar dat het zo overdonderend zou zijn, is wellicht ver voorbij zijn eigen wildste dromen. De aangekondigde strijd op leven en dood met Bart Wellens komt er niet. Nys vliegt richting winst, de wereldkampioen (Wellens) moet vrede nemen met een heel bescheiden bijrolletje. Nys komt na de aankomst handen, schouders en lippen tekort om de felicitaties in ontvangst te nemen. De Belgische kampioen geniet volop, en heel Baal samen met hem.

Editie 6 (2005) = zege 5

Sven Nys rijdt het grootste deel van de wedstrijd solo op kop, en houdt aan de meet een voorsprong van 24 seconden over op wereldkampioen Bart Wellens en 35 seconden op Sven Vanthourenhout, die voor het eerst in het Rabobank-shirt rijdt. De fans zien een saaie wedstrijd, wat volgende reactie ontlokt bij de Balenbergkampioen.  “Wat kan ik eraan doen? Ik wil zo veel mogelijk winnen en dus ga ik me niet inhouden. Roland Liboton wachtte in zijn tijd toch ook niet? Ik heb wel niet het onderste uit de kan gehaald. Goed een halve minuut voorsprong genomen en daarna mijn koers afgestemd op de achtervolgers. Als Wellens en Vanthourenhout een beetje dichter kwamen, duwde ik ook weer even door en zo duurde dat tot de finish.”

Editie 8 (2007) = zege 6

Sven Nys wint na een jaartje tussenpauze alweer zijn eigen Grote Prijs. Het is zijn ploeggenoot Lars Boom, vorig jaar nog de sterkste in deze GvA-manche, die zich opnieuw opwerpt als Nys’ belangrijkste concurrent voor de zege. De kannibaal van Baal, duidelijk hersteld van zijn ziektedipje, rijdt zijn medekoplopers Boom en Niels Albert nog voor halfkoers uit de wielen. Na een paar nieuwe prikken moet de rijzige Nederlander Nys definitief laten gaan. Op de achtergrond weet de ongelukkige Bart Wellens nog op te rukken van de laatste naar de vierde plek.

Editie 9 (2008) = zege 7

Een onemanshow: volgens Van Dale een voorstelling die door één man wordt uitgevoerd. En typisch voor de jaarwissel. Dus betreedt Sven Nys het pad dat door Geert Hoste en Raf Coppens werd geëffend. Van de eerste tot de laatste meter in de spits. De man die destijds het woord demonstratie uitvond moet Sven Nys in gedachten hebben gehad. Wie zich in de slotronde de luxe kan permitteren om onderweg al uitgebreid aan het vieren te slaan, heeft in het uur dat voorafging onvermijdelijk een monstervoorsprong uitgebouwd. “Dit moet een van mijn meest indrukwekkende crossen ooit geweest zijn”, aldus Nys. Prettig neveneffect: de Kannibaal steekt de eindwinst in de GvA-Trofee meteen zo goed als op zak. “Als ik gezond blijf, denk ik niet dat dat nog kan mislopen.”

Editie 10 (2009) = zege 8

Sven Nys heeft redenen om zorgvol de eerste werkdag van 2009 tegemoet te zien, want uiteindelijk is het al van de Grote Prijs Rouwmoer in Essen van 13 december geleden dat hij nog eens een proef van een regelmatigheidscriterium won. In Nys-termen is dat een eeuwigheid. Toen was zijn lastigste klant de Tsjechische ijskoning Zdenek Stybar, en dat is vandaag niet anders. Met verbluffende kracht slaat Nys de verrassend sterke Stybar murw in twee indrukwekkende en risicovolle ronden. Nys beschikt nog altijd over dezelfde pijlen waarmee hij in het verleden al zoveel spetterende vuurwerken afstak. De Sportman van 2008 geeft tijdens de ‘reuzenslalom van de Balenberg’ een demonstratie van kracht, techniek, explosiviteit én karakter.

Editie 11 (2010) = zege 9

Baal blijft het exclusieve territorium van zijn keizer Sven Nys. Voor de 9e keer in 11 edities zet Nys zijn eigen GP naar zijn hand. Al gaat dat niet zonder slag of stoot. Eén uur lang kleeft Zdenek Stybar op de volgelopen Balenberg nóg hardnekkiger aan het wiel dan de zuigende modder. Het wordt een strijd tussen lijken en het meest frisse kadaver wint. “Dit is een zege op karakter”, beseft Nys. “Het ene been voor het andere zetten is op deze omloop al een uitdaging. Zeker met een slijkerige fiets van 30 kilo op je rug.”

Editie 12 (2011) = zege 10

Voor de tiende keer op twaalf edities wint de patron de naar hem genoemde Grote Prijs. Het is ongetwijfeld één van zijn mooiste zeges, want tegen wereldkampioen Zdenek Stybar moet hij tot het uiterste gaan. “De omstandigheden waren zeker geen cadeau en ik moest bovendien afrekenen met een heel sterke Stybar”, erkent de Belgische kampioen. “Ik wilde in de slotronde vol doortrekken op het asfalt om als leider de beklimming te kunnen aanvatten, maar Zdenek kon me afhouden waardoor ik dat plannetje moest opbergen. In de afdaling ben ik vol risico zo dicht mogelijk op zijn wiel gebleven. En risicovol was het, want mijn remmen werkten niet honderd procent in deze omstandigheden. Uiteindelijk raakte ik hem dan toch voorbij. Het was op de limiet, maar wel fair. Als je dan in de laatste meters het verschil kan maken, is het natuurlijk genieten geblazen. Ik heb al een tijdje de goede conditie te pakken, maar hier moest ik toch al mijn kracht en routine aanwenden om te kunnen winnen.”

Editie 13 (2012) = zege 11

Sven Nys stuurt zijn vuurwerk pas laat op nieuwjaarsdag de lucht in. Maar de kwaliteit van zijn pakket is zo verbluffend dat de rest bijna de benen stil houdt van bewondering. Met andere woorden: ook in de 13e  aflevering van zijn eigen cross, in zijn eigen dorp, voorziet de beste aller veldrijders de eerste werkdag in 2012 van de gewenste apotheose. Alleen Zdenek Stybar, op een roze fiets op het baggerbal van Baal, meent de koning van de cross naar diens kroon te steken. Zijn openingsoffensief – dat net zo lang duurt als de vlucht van een maanraketje – is voorbij alvorens de Tsjechische wereldkampioen er zelf erg in heeft. Alleen Nys duikt onmiddellijk in zijn spoor, laat Stybar even uitrazen en vertrekt daarna voor een expeditie zoals alleen hij die durft en kan ondernemen. Na een uur bedraagt de voorsprong aan de streep dik driekwart minuut op eerste achtervolger Kevin Pauwels.

GPnys2014Editie 15 (2014) = zege 12

Nys versnelt al in de openingsronde nadat Bina de beste start heeft genomen. Rob Peeters probeert even het spoor van Nys te volgen. Albert wordt samen met Aernouts opgehouden in de materiaalzone. In de derde lus geeft een zieke Belgische kampioen Klaas Vantornout op na zadelbreuk. Ondertussen stoomt Nys door naar de zege. Zelfs een kleine tuimelperte in de slotfase kan hem niet afremmen. Albert en Stybar strijden om de tweede plaats. De Tsjechische kampioen blijkt beter te zijn, Albert druppelt als derde binnen. Nys geeft op de meet zijn nieuwe Trekfiets de eerste overwinningskus van 2014. De 15e editie van de GP Sven Nys wordt voor de 12e keer in de wacht gesleept door een weergaloze… Sven Nys.

Nederlandse cyclocrossjuniores ontspruiten: 5 namen die u moet kennen

Met Mathieu van der Poel en Lars van der Haar is Nederland toch weer netjes vertegenwoordigd tussen al dat Belgisch elitegeweld in het veld. Maar ook de toekomst oogt mooi voor Nederland als cyclocrossnatie. Hieronder volgt een korte kennismaking met de junioren die momenteel het mooiste modderweer maken boven en net onder de Moerdijk.

 

Thymen ArensmanThymen Arensman, eerstejaarsjunior bij Craft – Ten Tusscher

Kan best goed uit de voeten met de mountainbike en op de weg, maar geeft de voorkeur aan cyclocross. Stamt uit een veldritfamilie. Vader en moeder reden in het veld en zijn oom behaalde heel wat titels, waaronder een topvijfplaats op een WK. Houdt van zware modderparcoursen,  ook van zandcrossen en parcoursen met veel lange rechte stukken. Heeft een groot vermogen. Technisch geen kanjer, maar er is wel verbetering merkbaar. Heeft een hekel aan besneeuwde en extreem technische parcoursen. Won dit seizoen al de crossen in Montfoort en Rhenen.

 

JensDekkerJens Dekker, tweedejaarsjunior bij Enertherm-BKCP

Heeft een Nederlandse vader en een Australische moeder. Is de neef van voormalig wegrenner Erik Dekker. Ook zijn vader Dick koerste professioneel op de weg, vooral bij Spaanse teams. Na zijn overstap van de Peddelaars naar Enertherm-BKCP, de opleidingsploeg van BKCP-Corendon, lijkt er geen houden meer aan voor dit supertalent. Won als eerstejaarsjunior al de crosses in Dordrecht en Huijbergen én de Zilvermeercross in Mol. Pakte deze herfst zeges in onder meer de Steenbergcross in Erpe en de Superprestiges van Gieten, Zonhoven en Asper-Gavere. Werd ook Europees kampioen in Huijbergen. Won dit seizoen tot nog toe 80 procent van de crossen waaraan hij deelnam.

 

MitchGrootMitch Groot, tweedejaarsjunior bij Lares-Doltcini

Bewees al bij de nieuwelingen over een heel groot arsenaal aan kwaliteiten te beschikken. Pakte de ene overwinning na de andere en stak de eindzege in de Bpost Bank Trofee op zak. Kleurde zijn eerste jaar bij de juniores met een aantal topvijfplaatsen. Moest ook dit seizoen vaak tevreden zijn met een vierde of vijfde stek, maar pakte dan uit met twee topprestaties: zilver op het EK in Huijbergen en brons in de Superprestige van Asper-Gavere. Zit nu bij het opleidingsteam van Sunweb – Napoleon Games maar is ook al verzekerd van een plekje bij het hoofdteam. Zijn twee seizoenen bij de beloften liggen contractueel vast bij Marlux – Napoleon Games (Marlux is vanaf 1 januari 2016 de opvolger van Sunweb).

 

YannickVrielinkYannick Vrielink, tweedejaarsjunior bij Craft – Ten Tusscher

Houdt van regenweer, van parcours met veel en lange grasstroken en lange stukken blubber. Kon dit seizoen nog geen zege boeken in het veld, maar is er steeds bij op de wereldbekers. Vindt het geweldig om in het oranje shirt rond te fietsen. Liep afgelopen zomer een vervelende blessure op na een val op het downhill-parcours in Willingen: hersenschudding en breukje in de elleboog. Lag negen weken helemaal stil en moest dus zijn ambities bijstellen. Strijdt nu om weer op het voorplan te komen.

 

Thijswolsink2Thijs Wolsink, tweedejaarsjunior bij Lares-Doltcini

Dat deze jongeman uit Hengelo over heel wat talent beschikt, blijkt uit het feit dat hij voor een lange termijn tekende bij de ploeg van manager Jurgen Mettepenningen. Vanaf volgend seizoen, wanneer de voormalige Nederlands kampioen bij de nieuwelingen belofte wordt, tot aan het jaar dat hij aan zijn 23e verjaardag, zal hij voor Marlux – Napoleon Games mogen rijden. Het komt niet vaak voor dat crossteams jonge renners uit Nederland zo lang aan zich binden. Wolsink pakte in de winter van 2014 als eerstejaars winst in de GP Hassel, zilver in Hamme-Zogge en brons in Asper-Gavere (allen Bpost Bank Trofee) en eveneens een 3e plaats in de Scheldecross. Dit seizoen al twee zilveren plakken op grote afspraken: de Koppenbergcross in Oudenaarde en de Superprestige van Ruddervoorde.

 

Fotomateriaal: Davy De Blieck en persoonlijk archief renners.

Ploegleider Geert Wellens over zijn crossende onderdanen: “We hebben er eentje met zoveel talent als Sanne Cant”

Na een mooie carrière in de schaduw van broer Bart moest Geert Wellens de fiets in 2014 aan de haak hangen als gevolg van aanhoudende rugproblemen. Maar een leven zonder cross is niet besteed aan de intussen 32-jarige Vorselaar. Hij richtte samen met kompaan Frank Hannes de Luihoevecrossers op, wat nu evolueerde tot het AA Drink / Kalas Cycling Team. Wellens licht de zes rensters toe die hij als ploegleider onder zijn hoede heeft.

 

AxelleBellaertAxelle Bellaert, 18 jaar, komt uit Brugge en woont in Jabbeke (B)

Geert Wellens: “Axelle reed vorig jaar al bij de elite, maar ze werd nog geklasseerd bij de jeugd. Dit jaar is het daarom niet zo makkelijk meer om vooraan mee te doen. In september en oktober liet ze haar hoofd hangen en liep alles mank. Geen greintje pit. Ze kwam soms over de aankomst gereden en ze was niet eens moe. Dat is natuurlijk onaanvaardbaar en dus ben ik ze gaan trainen en begeleiden. Nu zit het kopje weer goed en gaan de prestaties crescendo. Ze kan weer afzien en heeft daardoor al een wedstrijd gewonnen. Dat ze zo diep kan gaan, stelt me tevreden. Dan is het resultaat voor mij minder doorslaggevend. Axelle is wel goed, maar de top zal ze niet halen. Ze moet vooral nog inhoud kweken, want vier uur trainen in de Ardennen, dat lukt haar nog niet.”

 

MaudKaptheijns2Maud Kaptheijns, 21 jaar, komt uit Veldhoven en woont in Westerhoven (NL)

Geert Wellens: “Maud moet ik altijd intomen, anders traint ze veel te veel. Te veel karakter is dus ook niet goed. Als je aan de top wilt geraken, is rust een belangrijke troef, maar dat vergeet ze soms. Ze is heel technisch aangelegd en heeft geen schrik om vol in een afdaling te gaan. Daar pakt ze vaak veel tijd mee op de concurrentie. Een ander voorbeeld: ze kan heel goed over grachtjes springen, zoals in Neerpelt. Dat Sanne Cant dat zelfs niet doet, betekent dat Maud veel in haar mars heeft. Ze is tenslotte ook nog maar 21. Ze heeft veel lef en kan ver geraken. Ik had dit seizoen verwacht dat Maud vaak top 10 zou rijden in grote wedstrijden, maar ze rijdt vaak bij de eerste 5. Dat ze 2e werd op het EK, vind ik echt chapeau. Ze zet voor het tweede jaar op rij een enorm grote stap. We hopen haar dus nog een paar jaar bij ons team te houden.”

 

Shana MaesShana Maes, 20 jaar, komt uit en woont in Vorselaar (B)

Geert Wellens: “Shana is het tegenoverstelde van Maud. Ze heeft niet zo veel techniek en is ook wat banger in afdalingen. Vorig jaar reed ze even snel de Koppenberg naar boven als Sanne Cant – wat betekent dat ze barst van het talent, maar in de afdaling verloor ze anderhalve minuut, véél te veel. Er is dus technisch en mentaal werk aan. Voor de topwedstrijden komt ze voorlopig nog tekort.  Door elke woensdag rond de kerktoren te rijden, leer je echter niet afdalen. Daarom probeer ik haar in de zomer te laten mountainbiken. Langs de andere kant heeft ze een hele goede basistechniek; ze is heel sterk in kort draaiwerk, zoals in Vorselaar en Hasselt.”

 

JaraNoelJara Noël, 16 jaar, komt uit Aalst en woont in Erpe (B)

Geert Wellens: “Jara is een opkomend talent in België, maar het is een speciaal geval. Ze heeft enorm veel talent en kan wel degelijk een stukje crossen, maar ze is aan de koppige kant. Ze laat soms haar kopje hangen en dan loopt het voor geen meter, maar bij een 16-jarige kan ik dat wel eens door de vingers zien. Ik was vroeger zelf ook wel eens een koppigaard, dus daar maak ik geen probleem van. (lacht) Ze kan ver geraken, de Belgische titel bij de dames jeugd is zeker haalbaar. Misschien lukt het zelfs al in Lille, begin januari.”

 

nikola noskovaNikola Noskova, 18 jaar, woont in Jablonec nad Nisou (TSJ)

Geert Wellens: “Een uitzonderlijk verhaal. Ik heb haar bij de ploeg genomen om wat extra naam te hebben in de wereldbeker. Ze werd vorig jaar vijfde op het WK en ik hoopte dat ze dit jaar een medaille zou pakken op het EK, maar dat is niet gebeurd. Ze heeft dit seizoen al drie of vier overwinningen geboekt, maar het gaat toch niet van een leien dakje. We hebben er als ploeg in geïnvesteerd, maar ze komt liever niet naar België om te crossen. Hopelijk verzet ze tegen de kerstperiode haar zinnen en kunnen we ook in de wereldbekers op haar rekenen, want samen met Maud Kaptheijns zou ze toch het speerpunt van ons team moeten vormen. Ik moet er wel een kanttekening bij plaatsen. Blijkbaar zijn ze in Tsjechië niet zo slim, want ze hebben een meisje van 18 jaar oud 30 tot 40 wedstrijden op de weg laten rijden. Dat is veel te veel, zeker omdat ze daarna maar tien dagen rust kreeg alvorens ze aan haar crossseizoen moest beginnen. Maar ik geloof wel dat als ze de middenweg vindt tussen training en ontspanning, ze een volgende stap kan zetten.”

 

tessvanloy3Tess Van Loy, 14 jaar, woont in Vorselaar (B)

Geert Wellens: “Tess is pas 14, dus heeft nog veel te ontdekken. Voor de nieuwelingenwedstrijd in Hasselt was ze ziek opgestaan, maar ze wilde per se starten. Ze geraakte geen meter vooruit, dus dat was een goede les voor haar, want ik had haar vooraf gezegd dat ze beter kon thuisblijven. Maar Tess kan wel degelijk heel ver geraken. Alle meisjes hopen ooit zo goed te worden als Sanne Cant, maar zij heeft dat zeker in zich. Bij de inspanningstesten zeiden de dokters dat ze zoiets nog niet gezien hadden in de voorbije 15 jaar. Dan weet je dat dat iemand is met talent. Dat bewijst ook haar zege bij de jeugd op een lastig parcours in Kruibeke. De meisjes die daar winnen zijn meestal 16 of 17, zelden 15, laat staan 14. Desondanks heeft Tess nog veel werk op gebied van voeding en in het hoofd kan het ook nog een pak beter, maar als je 14 bent, moet je je eigenlijk nog vooral amuseren.”

 

Fotomateriaal: Persoonlijk archief rensters.

Deze Lotto-tenoren praten over hun tussenseizoen

Voor de renners op de weg is het volop tussenseizoen. Betekent dat stilzitten, rusten, relaxen en een pint drinken op een exotisch eiland? Geenszins. De voorbereiding op het nieuwe seizoen komt stilaan op gang. Drie tenoren van Lotto Soudal leggen uit hoe hun tussenseizoen eruit ziet/zag. 

 

Tim Wellens pictured during the team presentation of Lotto Soudal Professional Cycling Team in Corsendonk, Belgium. *** CORSENDONK, BELGIUM - 18/12/2014 (Photo by Koen Blanckaert - Peter De Voecht/PhotonewsHet tussenseizoen van Tim Wellens 

“Na Lombardije heb ik nog een weekje doorgetraind met het oog op de Roc d’Azur, een beruchte mountainbikewedstrijd in het zuiden van Frankrijk waar ieder jaar meer dan 4.000 fietsers aan de start staan. Het parcours loopt door het heuvelachtig natuurreservaat van Fréjus. Aangezien deze wedstrijd een week na de Ronde van Lombardije plaatsvindt, was het de ideale manier om het seizoen af te sluiten. Samen met mijn vriendin maakten we er een vakantieweek van met de wedstrijd op zondag als afsluiter. Jammer genoeg zat er geen goed resultaat in, aangezien ik op een paar kilometer tijd twee keer lek reed. De eerste lekke band kon ik zelf nog vervangen, maar toen ik kort daarna met een tweede lekke band diende af te rekenen, was het over. De Côte d’Azur is een zeer mooie streek om te fietsen -ik ga sowieso nog eens terug – maar of het voor een tweede deelname aan de mountainbikewedstrijd is, valt nog af te wachten.”

WELLENS Tim (BEL - Lotto Soudal) pictured during the training camp of Lotto-Soudal cycling team before the new season on December 11, 2014 in Benicassim, Spain. ***BENICASSIM , SPAIN - 11/12/2014 (Photo by Jimmy Bolcina/Photonews***“Tijdens mijn rustperiode heb ik niet stilgezeten. Ik zit in mijn laatste jaar professionele bachelor in de Energietechnologie aan de hogeschool UC Leuven-Limburg. Om mijn diploma te behalen, moet ik een werkstage doen bij een bedrijf. Het bedrijf waar ik stage volg, is Ridley Bikes. Tijdens de drie weken rust na het seizoen had ik tijd om deze stageperiode te beginnen. Het is de bedoeling om in februari alle 56 stagedagen af te werken. Mijn functie binnen Ridley is onder andere het helpen berekenen van de dikte van de voedingskabel die gebruikt wordt in hun windtunnel. Ook de beveiliging hiervan behoort tot mijn takenpakket. Ridley is bezig met het bouwen van een eigen windtunnel die volledig elektrisch zal zijn. Het is leuk om daar als wielrenner aan mee te werken en te weten hoe zoiets werkt.”

“De eerste weken van mijn voorbereidingsperiode probeer ik zo weinig mogelijk op de wegfiets te trainen. Een afwisseling van loop-, zwem- en mountainbiketrainingen helpen hierbij. Het mooie weer van de afgelopen weken was verleidelijk om al eens een wegtraining in te lassen, maar ik probeer er zo lang mogelijk mee te wachten. Dit om nog genoeg motivatie te hebben wanneer de echte trainingsmaanden aanbreken. Deze week staat de eerste trainingsstage gepland in Spanje. Samen met de ‘Jonge Benen’ (Jasper Stuyven, Sean De Bie en Louis Vervaeke, red) hebben we opnieuw een huisje gehuurd, ditmaal in Malaga. De weersvoorspellingen zien er zeer gunstig uit en ik kijk ernaar uit om met ons vier opnieuw tijd door te brengen. De heropbouw richting 2016 kan alvast beginnen.”

Lees hier wat André Meganck vindt over het talent van Tim Wellens.

 

Het tussenseizoen van Stig Broeckx

Stig Broeckx pictured during the team presentation of Lotto Soudal Professional Cycling Team in Corsendonk, Belgium. *** CORSENDONK, BELGIUM - 18/12/2014 (Photo by Koen Blanckaert - Peter De Voecht/Photonews

“Na een paar weken vakantie ben ik opnieuw begonnen met de fietstrainingen. Alles verloopt nog zeer ontspannen en rustig. In de eerste weken is het vooral kwestie van het lichaam terug ‘wakker’ te maken door stelselmatig de trainingsduur op te voeren. Dit gebeurt met trainingen in de rustige duurzone. Ook mountainbiken, lopen en zwemmen doe ik heel graag en maken deel uit van mijn trainingsweek. Ik probeer zoveel mogelijk verschillende sporten te beoefenen, maar het fietsen blijft de essentie. Daarnaast ga ik ook regelmatig wandelen en squashen. In de eerste weken van de voorbereiding profiteer ik ervan om samen met mijn vrienden te gaan sporten. Alles verloopt momenteel nog wat meer ontspannen, omdat de echt intensieve trainingsdagen maar binnen een paar weken gepland staan.”

BROECKX Stig (BEL - Lotto Soudal) pictured during the training camp of Lotto-Soudal cycling team before the new season on December 11, 2014 in Benicassim, Spain. ***BENICASSIM , SPAIN - 11/12/2014 (Photo by Jimmy Bolcina/Photonews***“Tijdens het wandelen heb ik graag een doel. Gewoon een toertje in de buurt maken vind ik maar niets, daarom doe ik aan geocaching. Dat is een applicatie op je smartphone die je gebruikt om tijdens wandeltochten te zoeken naar schatten die worden geplaatst door andere gebruikers van de geocach-App. Ik denk dat het kind in mij naar boven komt tijdens het geocachen, want ik vind het echt plezant. Ook tijdens onze buitenlandse wedstrijden ga ik op avontuur wanneer daar tijd voor is. De applicatie is wereldwijd gekend en overal waar we komen, wordt het gebruikt. Het zorgt voor een leuke afwisseling tijdens het wandelen en het brengt je op plaatsen waar je anders niet zou komen.”

“Midden oktober is traditioneel de maand om maïs te oogsten en is het werken geblazen op het bedrijf van mijn ouders. Tijdens deze weken wordt de hele familie opgetrommeld om te helpen. Aangezien mijn seizoen er dan opzit, help ik ook mee. Tijdens het wielerseizoen ben ik minder actief op de boerderij, daarom vind ik het dan ook plezant om nog eens mee te helpen.”

 

Adam Hansen pictured during the team presentation of Lotto Soudal Professional Cycling Team in Corsendonk, Belgium. *** CORSENDONK, BELGIUM - 18/12/2014 (Photo by Koen Blanckaert - Peter De Voecht/PhotonewsHet tussenseizoen van Adam Hansen

Adam Hansen is sinds afgelopen Vuelta recordhouder met het meeste aantal Grote Rondes op een rij. De afgelopen jaren bracht hij maar liefst dertien Grote Rondes tot een goed einde, een buitengewone prestatie. Iedere andere sporter zou van de winterperiode gebruik maken om de batterijen op te laden en een druk wielerseizoen te compenseren, behalve Hansen. Naast het fietsen runt de Aussie een bedrijf dat kledij produceert, Hanseeno genaamd. Daarvoor zit hij over de ganse wereld samen met potentiële afnemers. Bovendien is hij ook actief als ontwikkelaar van computerprogramma’s. Zo ontwikkelde hij Logiscycle, een logistiek wielermanagementprogramma waar ook Lotto Soudal gebruik van maakt.

HANSEN Adam (AUS - Lotto Soudal) pictured during the training camp of Lotto-Soudal cycling team before the new season on December 11, 2014 in Benicassim, Spain. ***BENICASSIM , SPAIN - 11/12/2014 (Photo by Jimmy Bolcina/Photonews***Maar er is meer. Naast wielrenner, productontwerper en computerspecialist is Adam Hansen vooral een avonturier. “De afgelopen twaalf dagen was ik in Nepal. Ik ondernam lange hiking-tochten van vier tot acht uur per dag. Zo beklom ik vier bergtoppen in de Himalaya. Eerst tot in Gokyo, een bergtop op 5.357 meter boven zeeniveau, daarna richting de 5.420 meter hoge Cho La Pass en als afsluiter ging ik kijken naar het Mount Everest Base Camp.”

“De volgende tweedaagse wandeltocht gaat richting Lukla, op 2.860 meter in het noordoosten van Nepal” vertelt hij tussen twee tochten door. “Het is een echt avontuur. Je bent een met de omgeving en ook voor het lichaam is het werken geblazen. Deze trip naar de Himalaya zal mijn conditie een serieuze boost geven. De lange wandeltochten zijn ideaal om op een relatief rustige manier de conditie aan te scherpen- zeker fysiek valt het niet te onderschatten.”

“De trainingsstage in december zal ik beter kunnen aanvatten dan de vorige jaren. Ook al heb ik nog geen meter op de fiets gezeten na mijn laatste wedstrijd, toch voel ik de conditie terugkomen. Net voor we afreizen naar Mallorca begin ik opnieuw met fietstrainingen. De hiking-tochten in de Himalaya zijn te vergelijken met een Grote Ronde: je ziet gedurende meerdere dagen fysiek af om een eindpunt te bereiken. Tijdens het wandelen is dat de top van de berg, tijdens het fietsen de eindstreep. Dit avontuur geeft mij de nodige energie om volgend jaar opnieuw alle Grote Rondes tot een goed einde te proberen brengen.”

Lees hier over de eigenzinnige levenswandel van Croc Man.

 

Fotomateriaal: Lotto Soudal by Koen Blanckaert – Peter De Voecht/Photonews

Nick Nuyens over Johan Museeuw, Eddy Bosberg, Stijn Devolder, Dennis Verschueren en Leif Hoste

Nick Nuyens en wielerjournalist Guy Van Den Langenbergh presenteerden op de Boekenbeurs in Antwerpen hun unieke werkstuk ‘100 keer Vlaanderen (2013-2016)’, waarvan u via WielerVerhaal al twee exemplaren kon winnen. De geschiedenis van de Ronde telt onnoemelijk veel historische anekdotes, maar wat blijft Nuyens en Van Den Langenbergh nu het meeste bij?

 

nicknuyensNick, Guy. Waaraan denken jullie in de eerste plaats als we ‘Ronde van Vlaanderen’ zeggen?

Nuyens: “Johan Museeuw! En dan vooral zijn tweede plaats in de Ronde van 2002. Dat is eigenlijk speciaal vanwege de tweede plaats van Museeuw, een man die met ook drie eindzeges zoveel betekent heeft voor de Ronde als monumentale koers. Hij had die sprint met Gianni Bugno nooit mogen verliezen. En dan was alleen hij met vier zeges de recordhouder van de Ronde geweest. Een ander moment van Museeuw dat me bijblijft is zijn enorme versnelling op Tenbosse, in de Ronde van 1998. Een gemakkelijke helling, en toch rijdt hij daar van iedereen weg. Impressionant. Ook het duel Museeuw-Vanderaerden blijft me bij. Wat nog direct in me opkomt is ‘Eddy Bosberg’, de machtsvertoning van Edwig Van Hooydonck op de Bosberg, waardoor hij twee keer de Ronde wint. Dat is een van de eerste beelden die me bijblijven.”

Van Den Langenbergh: “Het is echt niet omdat ik dit boek met Nick geschreven heb dat ik het zeg, maar de laatste 20 kilometer van de Ronde van 2011 (die Nuyens won, red) vond ik ronduit beklijvend. Daarin zat alles wat koers moet hebben: spanning, wisselende scenario’s, aanvalspogingen, krachtexplosies zoals die van Gilbert op de Bosberg,…. Bovendien zaten alle grote namen aan boord, denk maar aan Cancellara, Boonen, Gilbert, Leukemans en Nuyens. Daarnaast denk ik aan de Ronde van 2007 waarin Leif Hoste de spurt verliest van Ballan, de twee zeges van Van Hooydonck, de duels tussen Cancellara en Boonen en de solo’s van Stijn Devolder. Ook de solo van Jacky Durand in 1992 is op zijn eigen manier heel mooi. Ik ken eigenlijk geen enkele saaie Ronde.”

Wie zien jullie als de mooiste winnaars?

Nuyens: “Het is moeilijk om te oordelen over de winnaars van voor mijn tijd, maar voor mij zijn bijvoorbeeld de zege van Boonen in het shirt van wereldkampioen en die van Devolder als Belgisch kampioen wel uniek. Langs de andere kant vind ik Museeuw onlosmakelijk verbonden met de Ronde, en omgekeerd, hoewel ze allebei natuurlijk veel meer bieden dan elkaar.”

Van Den Langenbergh: “Ik zeg: Cees Bal. (lacht) Een Nederlandse playboy met een schitterend verhaal. Bal wordt in de laatste rit van de Ronde van Catalonië uit de leiderstrui gefietst door zijn ploegmaat Joop Zoetemelk, waarna hij weigert om met Zoetemelk op de kamer te slapen en op zaterdag naar huis fietst in Zeeuws-Vlaanderen, op zondagochtend met de fiets naar Brugge rijdt en vervolgens de Ronde wint. Geweldig. Nadien heeft hij bijna niks meer gewonnen omdat hij zijn status van ‘populaire Hollander’ bij de vrouwen nogal goed verzilverde. Onwaarschijnlijk mooi!”

Welke verhalen zijn ook zeker de moeite?

Nuyens: “De Reus van Itegem. Dennis Verschueren wint in 1926 de Ronde, maar kent vervolgens heel veel pech in zijn leven. Een zoon wordt geëxecuteerd door de Duitsers en een dochter overlijdt aan een ongeneeslijke ziekte. Hij verteert zelf weg door verdriet en overlijdt op relatief jonge leeftijd.”

Van Den Langenbergh: “Het verhaal van Ritte Van Lerberghe, die met een geleende fiets voor de start van de Ronde van 1919 iedereen uitlacht en meldt dat hij toch gaat winnen. Op 120 kilometer van de meet rijdt hij alleen weg, stopt onderweg in een café om 2 pinten te drinken, wordt vervolgens door zijn eigen ploegleider uit het café gejaagd, roept het publiek toe om naar huis te gaan omdat hij toch een halve dag voorop ligt en wint uiteindelijk met 14 minuten voorsprong. Ook het verhaal van Michel D’Hooghe, die in 1939 wint, is opmerkelijk. Hij wordt door het peloton niet als vol aanzien om hij een kermiscoureur is. Wanneer hij beslist om toch eens deel te nemen aan de Ronde wint hij prompt. Hij komt thuis bij zijn moeder met voor die tijd behoorlijk wat geld en enkele dagen later overlijdt die van de emoties.”

Wie zijn de grootste pechvogels?

Nuyens: “Leif Hoste hoort daar zeker bij. Als je 3 keer 2e kunt worden, wil dat zeggen dat de Ronde je fantastisch goed ligt. Dat is echt om uw bidon in twee te bijten, want het verschil tussen winnen en 2e worden, is enorm groot.”

Van Den Langenbergh: “Erik Dekker had in 2001 toch ook moeten winnen. Dat hij die sprint van Gianluca Bortolami verliest, is onbegrijpelijk.”

 

Lees hier verder waarom ‘100 keer Vlaanderen‘ in uw boekenkast thuishoort!

Lees hier ons sfeerverslag over de Ronde van Vlaanderen 2015.